Piepkleine dorpjes die tegen de bergflanken gebouwd zijn, met hun erg smalle straatjes waar een kleine auto nog net door kan.
Hier is de tijd blijven stilstaan. Overal bronnetjes waar je nog van kan drinken, bloemenpracht en erg vriendelijke, meestal al wat oudere, bewoners.
Af en toe zie je ver beneden in het dal de autostrade en de steeds breder wordende en nog altijd even woeste Dora Baltea. Het is op één van de laagste punten van deze tocht dat ik er eentje zie voorbij rijden. Nen Essers.
Ik slaap vannacht in de refuge van de kerk van San Egidio in Verres. Een imposant oud gebouw in de schaduw van de al even oude kerk. Morgen verder door dit dal, maar ik blijf dalen naar hoogten tussen 400 en 300 meter. Stilletjes afzakken richting de open rijstvelden van Piemonte. Maar dat is voor het einde van de week.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten